Vrijwilligerswerk en stages in weeshuizen zijn erg populair: een combinatie van “iets goeds doen” voor kinderen, een cultuur leren kennen en een verre reis. En, het staat ook goed op je CV. Ook een bezoek brengen aan een weeshuis tijdens een reis komt veel voor. Je kunt je vrijwilligerswerk, stage of bezoek op veel verschillende manieren organiseren, bijvoorbeeld via gespecialiseerde vrijwilligersorganisaties, reisorganisaties, NGOs, kerken, scholen en universiteiten of met het weeshuis zelf. Er zijn echter een heleboel organisaties die campagne voeren om deze vorm van vrijwilligerswerk te stoppen. Waarom eigenlijk?
Meer dan 60 jaar aan onderzoek laat zien dat opgroeien in een kinderhuis (“institutionalisering”) een negatief effect kan hebben op de gezondheid, ontwikkeling en kansen voor de toekomst van een kind. Onderzoek laat zien dat kinderen zich beter ontwikkelen in een gezinsomgeving en dat langdurig verblijf in een kinderhuis schadelijk is voor de cognitieve, emotionele en sociale ontwikkeling. Veel kinderen die zijn opgegroeid in een kinderhuis hebben moeite bij de overgang naar onafhankelijkheid. Zij missen vaak de basisvaardigheden, zoals hoe problemen op te lossen en omgaan met geld, welke nodig zijn om als volwassene te overleven in de wereld en die je wel leert binnen een familie omgeving. Ook is de kans dat kinderen te maken te krijgen met geweld en (seksueel) misbruik in een kinderhuis veel groter. De Internationale Richtlijnen voor Alternatieve Zorg voor Kinderen, verwelkomd door de Verenigde Naties in 2009, wijzen erop dat overheden, wanneer mogelijk, moeten voorkomen dat kinderen en ouders onnodig van elkaar gescheiden worden en dus gezinnen moeten ondersteunen zodat ze zelf voor hun kinderen kunnen zorgen, bijvoorbeeld door voedselhulp of middelen om naar school te gaan. Toch zijn er nog heel veel kinderhuizen. In sommige landen zelfs steeds meer, omdat donoren en vrijwilligers daaraan verbonden zijn, en ze in stand houden. Dat geeft toch te denken.